Dag 38 & 39: next stop Bolivia
Vandaag vertrekken we uit Puno. Na een laatste ontbijt onder toeziend oog van de manager – er zijn nog steeds geen andere gasten – staat om half 7 de best geklede taxichauffeur van Puno al weer voor de deur.
Op het busstation vervoegen wij ons bij bus 26. Copacabana staat met grote letters op de voorkant. Dat is gek, we moeten toch naar La Paz? zegt Fen. Maar het klopt wel, ook een paar Vietnamezen en Duitsers hebben La Paz als bestemming.
Voor het eerst zitten we niet met locals maar toeristen in de bus. Goeiemorgen, horen we als we net zitten. Ons gesprek met de Vietnamezen over onze reisplannen was opgevangen door 2 net afgestudeerde meiden en een jongen uit Wageningen. Ook zij begonnen hun reis in augustus in Noord-Amerika, maar zij reizen in december verder naar Nieuw-Zeeland. Ze pasten al op huizen en huisdieren, en reden voor 1 dollar een nieuwe camper van Los Angeles naar San Diego.
Een stel Spaanse jongens fleurt de trip op met gitaar en zang. Uiteraard gaan ze daarna met de pet rond. Langs het Titicacameer rijden we naar het zuiden tot de grensovergang bij Yunguyo. 4 formulieren maar liefst vullen we in de bus in om de grens over te mogen. Ook bij deze grenspost is het een hele klus om het land uit te komen. Gelukkig hebben wij naast de ingevulde Andean Migration Card ons inreispapiertje van 3 weken geleden nog. Anderen hebben dat niet – omdat ze per vliegtuig Peru inkwamen – en moeten 3 tot 6 euro betalen, afhankelijk van hun onderhandelingsvaardigheden.
I declare bring unaccompanied bagage, which come after my arrival, staat op 1 van de formulieren van de Boliviaanse autoriteiten. Misschien toch eens een goede vertaler inschakelen. Samen de grens over in een bus schept wel een band. De Vietnamezen worden heftig aan de tand gevoeld over hun reis en bedoelingen. Wij leven met ze mee. Het is eigenlijk net als de teamsprint bij het schaatsen: je bent net zo snel als de laatste die finisht.
In Copacabana stappen een aantal mensen uit. We blijken echter allemaal, mét onze bagage, de bus uit te moeten. Over ruim een uur reizen we met een andere bus door naar La Paz, meldt de chauffeur. Op ons busticket staat dat we om 2 uur in La Paz aankomen, maar de dienstregeling is hier kennelijk niet leidend.
Vanaf Copacabana slingert de weg omhoog over zandheuvels en nog steeds zien we – links én rechts – het Titicacameer. Als we weer afdalen tot het meer, loopt de weg dood. De chauffeur gebaart ons uit te stappen en een kaartje te kopen voor de overtocht per motorbootje. Intussen wordt de bus in een drijvende kuip gereden en 2 jongens duwen het gevaarte met stokken vooruit richting overkant.
De jonge kapitein van ons bootje krijgt de motor maar niet aan de praat. Terwijl we aan het dobberen zijn, zien we door het gat bij de motor de eendjes onder ons bootje doorzwemmen. Na 15 pogingen is de motor weer levensvatbaar en zo snorren wij met de Vietnamezen en wat locals soepel over het Titicacameer en langs onze drijvende bus.
Als iedereen weer is ingestapt vervolgen we onze weg over een zanderige hoogvlakte langs eindeloze bergmassieven. Bij El Alto, een arme voorstad van La Paz, is een omleiding. Zo verlaten wij de toch al niet zo denderende hoofdweg (asfalt hebben ze hier nauwelijks) en hobbelen over bijna onbegaanbare weggetjes door een spookstad naar… ja, waarnaartoe eigenlijk. Achter ons liggen onze medereizigers te slapen. Gisteren hadden we nog gelezen over massale ontvoeringen van toeristen in Bolivia voor losgeld. Volgens mij is hij de weg kwijt, zegt JW na 20 minuten. Hij kijkt continu naar links en rechts. Gelukkig…
We kunnen constateren dat Bolivia weliswaar een dagelijkse dienstregeling heeft, maar je van fatsoenlijke wegen nauwelijks kunt spreken. Logisch dus dat je de aankomsttijd ook niet al te serieus moet nemen. Als we na 3 uur heen en weer schudden naar het toilet willen, blijkt onze bus die niet te hebben. De chauffeur weigert ook te stoppen, want: de dienstregeling gaat voor.
Om half 6 uur rijden we met 3 uur vertraging La Paz in. De stad ligt in een kom en het uitzicht vanaf boven is overweldigend. Ons eindpunt is een onbekend hotel in een steil straatje. Een Spaanstalige pikt dat niet en begint een – zinloze – retirade tegen de chauffeur. Als wij bij de receptie informeren, blijkt ons hotel gelukkig om de hoek te liggen.
Rosario La Paz ligt in een drukke straat en is hip en modern ingericht. We eindigen in een lokaal (vis)eetcafé, maar na deze enerverende dag vindt Fen alles goed.
Op zondag zijn ook in La Paz de winkels dicht. We maken er dus een rustige dag van. De komende 5 dagen worden enerverend, nu we nog meer de hoogte ingaan.
Vanmiddag nemen we de Teleférico naar de top van de stad. De eitjes van stevige makelij zijn gemaakt door een Oostenrijkse skiliftfirma en samen vormen zij de hoogste kabelbaan ter wereld. Er zijn sinds 2014 4 lijnen van in totaal 20 km, met 443 gondels, maar dat worden er meer.
Eerst nemen we de gele eitjes in het zuiden van de stad, die uitkomen op 4.000 meter. Terug beneden kunnen we direct door in de groene. Zo zijn we zo maar uren zoet en krijgen een mooi overzicht van de stad. Toeristen zien we nauwelijks, de Teleférico is een goedkope manier voor de Bolivianen om snel grote afstanden in de stad af te leggen. Je betaalt 1 prijs voor de hele rit. Wil je terug, dan koop je weer een kaartje.
Vanavond eten we in het restaurant van ons hotel. Ik kan het niet over mijn hart verkrijgen lama te eten, zegt JW. Fen bestelt een veilige pizza. Volgens JW zit er chorizo op. Het vlees blijkt toch een beetje raar en JW eet de laatste stukjes op. Que tipo de carne era esta? vragen we. Llama, señor …..
Trackback van jouw site.
Boukje
| #
Wat een leuke verhalen over de buspassagiers en de tocht over het meer. Een toestand met die drijvende bus. Leuk, maar wel een gedoe, lijkt me.Nu o.a. naar Ujuni en de zoutmeren. En dan naar lagere gebieden. Goede gedachten.
Reply
Simone
| #
De hele avond heb ik zitten lezen, terwijl achter mij Ivo naar de Slimste Mens zat te kijken en ik terloops ook nog even alle goede antwoorden moest geven. Van Galapagos tot La Paz. Wat zal ik lekker slapen.
Morgen lees ik verder en kom ik uit waar jullie nu zijn.
kussen!
Reply