Dag 40 & 41: naar Shuswap Lake

Aan de rust in Golden zie je dat het zomerseizoen voorbij is. Alleen de treinen op het rangeerterrein naast ons fabriceerden vannacht bovenmatig geluid. In de wasruimte komt Fen een stel luxepaardjes tegen: een Duitse moeder met 2 dochters, kledingtassen, Bosch-föhn, verlengsnoer en wereldstekker. Zelf is zij in 2 weken volledig gewend geraakt aan het praktische campingleven.

De Canadese Rocky Mountains lieten we gisteren achter ons. Die beginnen aan de westkust en lopen door tot ver in Amerika. In het Canadese deel liggen 4 grote parken: Jasper, Banff, Kootenay en Yoho, samen zo'n 23.000 km groot. We doorkruisten ze allemaal (Yoho gisteren onderweg westwaarts naar Golden). Het uitzicht op de bergketen vanuit Calgary aan de oostkant eergisteren was ook fenomenaal. Het is wel een illusie te denken dat je in een paar weken alles kunt zien. Herten, elanden, wolven, beren, wilde rivieren, watervallen, canyons, bergtoppen met gletsjers en kraakheldere meren: we kregen maar een sneak preview van al het moois. Dat heeft ook een voordeel. Als we alle wildlife op de 1.000'en waarschuwingsborden ook in het echt hadden gezien, konden we het nu misschien niet navertellen.

Het zou vandaag mooi weer zijn, maar we vertrekken met bewolking over Highway 1 terug naar het westen. Of zich hier mooie landschappen bevinden, blijft dus een vraag. Als we rond 11 uur Glacier National Park inrijden, mag de klok weer een uurtje terug (naar 9 uur verschil met Nederland). Bij de Rogers Pass op 1.330 m is een klein museumpje. We're kind of in the wildernis here, zegt de ranger bij de balie als Fen vraagt of we koffie of drank kunnen kopen. De enige uitspanning is 2 jaar geleden gesloten en vakkundig dichtgetimmerd met hout uit eigen park.

Als we de pas afdalen, hebben we plotseling kraakhelder weer en kijken onze ogen weer uit. De pas houdt alle bewolking tegen! Bij Revelstoke zijn we terug in de bewoonde wereld. In de zon drinken we koffie met een red fruit encallada. Dat is warm fruit in bladerdeeg. De potten en pannen in het gootsteenkastje roeren zich weer als we verder rijden over de eindeloze wegen van British Columbia.

Sicamous rijden we bijna voorbij tot we het Shuswap Lake en alle rare boten in de haven zien. Het plaatsje blijkt de Houseboat Capital van Canada te zijn. Houseboats zijn XXL-caravans op drijvers, voor wel 20 personen, met motor, keuken, veranda, zonnedak en hot tub. Een vaarbewijs is niet nodig, je krijgt ter plekke een spoedcursus.  Ook onze enorme camper mogen we hier zonder groot rijbewijs besturen!

De eigenaresse van Bluewater Houseboats heeft een vloot van 20 boten en laat ons er graag 2 van binnen zien. De schipper kan op het dek, of gezellig beneden in de woonkamer, aan het roer zitten. Shuswap Lake is ideaal voor vakanties met een houseboat: het langwerpige en wijdvertakte meer heeft namelijk 160 km kustlijn met sprookjesachtige baaien en strandjes. Als we een ijsje eten bij de haven, zien we een hond assisteren bij het uit het water halen van een bootje. We missen Saartje! Vroeg in de avond zijn we in Salmon Arm. Morgen gaan we op zalmenjacht. Die schijnen hier rond deze tijd als rijpe appels van de boom te vallen…

Dinsdag slapen we uit. Salmon Arm blijkt best een grote plaats met 17.000 inwoners. Onze camping ligt op een heuvel, de stad in het dal erachter aan Shuswap Lake. De Canadezen hebben hier architectonisch niet echt hun best gedaan, maar een functionele supermarkt, wasserette en coffee store zijn er wel.

Vanmiddag trekken wij – net als de zalmen rond deze tijd – naar Adams River. Vanuit de Pacific Ocean zwemmen ruim 21 miljoen zalmen de rivieren op om eitjes te leggen. Die verstoppen ze dan onder de steentjes in de rivier. Voor ons blijkt het wel een beetje het verhaal van Sam en Moos (ze gingen niet). De zalmtrektocht is namelijk vooral 1 keer per 4 jaar spectaculair. Wij zitten in een tussenjaar. Begin oktober 2018 kleurt de rivier waarschijnlijk wel weer oranje. Op ons rondje langs de rivier zien we wel 2 forellen, 4 Chinezen en een visser. Licht teleurgesteld, maar in Alaska zagen we ze wel al, onderweg naar Seward en in de bek van de grote moederbeer in Haines!

Langs de kust van Shuswap Lake rijden we terug en zien ontelbare strandjes en idyllische huisjes bij Blind Bay en Eagle Bay. Als onze navigatie aangeeft dat we moeten omdraaien, beseffen we ons dat onze route langs alle vertakkingen van het meer uren zou duren. Zo zijn we toch nog rond borreltijd terug op onze eigen plek in het bos van Salmon Arm.

De komende 3 dagen rijden we langzaam terug naar Vancouver. Zaterdagochtend leveren we onze camper daar in. Heerlijk om ruim 2 weken met eigen huis te reizen en 's ochtends niet te hoeven inpakken. We verheugen ons ook op een nieuw avontuur op Vancouver Island en de reis naar het zuiden door 7 staten van Amerika.

Fennieke 03/10/2016 2016: Pan-American Highway

Trackback van jouw site.