Dag 26: van Kaikoura naar Christchurch
It’s always a good time, schalt uit de radio als we om 10 uur bepakt en bezakt in de auto zitten. Euforisch maar ook weemoedig, want aan alles komt een eind. We ontbijten in de hoofdstraat van Kaikoura. De bereiding van een cappuccino is hier een ware kunst: die duurt 10 minuten en intussen mag je alvast gaan zitten. Sorry about the wait, we’re working full speed, zegt het vriendelijke meisje, met 3 tafeltjes bezet. Intussen bespreken we onze ervaringen van de afgelopen weken.
In NZ zit je in feite in een spagaat. Er is te veel te zien om te luieren! Ook ‘s avonds waren we vaak nog onderweg, omdat we steeds die laatste mooie plek aan de kust of in de bergen wilden zien. Er zijn ook weinig alternatieven: de natuur staat centraal. Iedereen neemt zelf verantwoordelijkheid voor het schoonhouden van het land. Dat moet ook wel: van de slechts 4 miljoen inwoners wonen er 2 miljoen in Auckland. Gemeentereinigingsautootjes of letzte-piste-kontrolle zie je hier dus niet. Het weer zat ook mee deze vakantie: de afgelopen dagen 26 graden, alleen regen in Franz Josef en matig weer in Milford Sound.
In wat leuke kleine winkeltjes shoppen we voor kleding en Fen koopt echte Nieuw-Zeelandse wol (handschoenen). Door het land van gnomen en orks rijden we terug naar Christchurch. We passeren een bord Alpine Pacific Triangle: die driehoek Kaikoura, Hanmer Springs en Waipara is a driving route made in heaven! Er is geen landschapsarchitect bezig geweest, het is puur natuur. Voor de gehele heavenly triangle moeten we terugkomen. Bij St. Annes Lagoon stoppen we voor een Fanta aan het idyllische meer. Lunchen doen we in Cheviot bij een tearoom. De lokale middenstand is hier goed vertegenwoordigd: er is zelfs een Cheviot’s hardware store. Het landschap richting Christchurch wordt langzaam vlak en dor. Voor Waikuku Beach slaan we linksaf. De muziek uit de radio komt echt binnen, die laatste kilometers!
Onze Bed & Breakfast bij het vliegveld wordt gerund door een Chinees echtpaar met baby. Dit betekent dat de schoenen bij binnenkomst uit moeten. Het stel heeft vooral Chinese gasten en zij gidsen hen zo nodig het hele eiland over. Uitgezwaaid door een setje gasten vertrekken we naar de autoverhuurder. Je kan hier gewoon ni hao zeggen, constateert JW blij. Tanken is weer een probleem. JW’s pas blijkt geblokkeerd, bij een volgend tankstation rijdt hij verkeerd, blijkt de tank links te zitten en staan we foutief bij de benzinelader. Dus nog maar een rondje en opnieuw beginnen. Een behulpzaam meisje opent JW’s deur en roept enthousiast: Here’s some driving skills, sir!
De bus brengt ons naar het centrum. De sfeer in Christchurch is unheimisch. Dat is wat een zware aardbeving, 3 jaar geleden, met een stad doet. Overal zien we bouwplaatsen, dichtgetimmerde winkels en braakliggende grond. Van de kathedraal staan alleen de gestutte buitenmuren nog en overheid en bewoners voeren strijd over de dure wederopbouw. Een vervallen parkeergarage wordt overwoekerd door onkruid en struiken. Aan de lange krater in de weg wordt nog gewerkt. Iets verderop wordt het straatleven nieuw leven ingeblazen. Winkels en bars doen nu zaken vanuit zeecontainers en dat ziet er ondernemend uit. We eten heerlijk in een grote Chinees en nemen niet al te laat de bus terug naar onze B&B. Onze schoenen stallen we keurig voor de deur.
Trackback van jouw site.
Thomas Groenhart
| #
Prachtig!
Reply