Dag 21: van Santa Fe, Albuquerque & Gallup naar Window Rock

Onze reis lijkt wel een indianentoertocht. In Las Cruces, Mesilla, Cloudcroft, Ruidoso, Albuquerque, Santa Fe en Taos Pueblo leerden wij alles over hoe ze leefden, hoe ze verdreven werden, met hoeveel (of weinig) ze nog zijn, dat ze vaak nog in armoe leven, maar ook meegaan met de moderne tijd…

Ze rijden in 4 wheel drives, dragen katoen en gympen en maken gebruik van de PTT. Ook verkopen ze hun huid duur. Zo exploiteren ze casino's, hotels en winkels met potterie, geweven kleedjes, placemats, verentooien, sieraden, tekeningen, schilderijen, poncho's, sloffen en zelfs t-shirts.

Fen (Platvoet) en JW (vriendje) nemen al aardig wat over. Handen boven de ogen tegen fel licht (en allergie). Fen heeft een nieuwe penvriend, Steve, stamoudste in Taos Pueblo, tevens niet onverdienstelijk stukadoor. Tot slot drinken wij zo min mogelijk vuurwater om 's ochtends gezond weer op te kunnen.

Vanavond komen wij uit in het echte mekka, ofwel de hoofdstad van de indianen: Window Rock. 88 stamhoofden houden er hun jaarlijkse general meetings omdat het zo lekker centraal gelegen is: op de grens van New Mexico en Arizona en tussen alle nog bestaande indianenreservaten en -buurten. Waarover de 88 wijze mannen elk jaar moeten vergaderen is ons niet geheel duidelijk. We hopen het morgen uit te vinden.

Onze laatste dag in Santa Fe start toch maar niet met een ochtendduik: het is ijskoud! De temperatuur varieert op een dag van zo'n 8 tot 26 graden. We lopen via de Oldest House in Santa Fe (uit 1200), de missiekerk San Miguel (waar een oudere man en vrouw op het dak staan te klussen) en Canyon Road (met de grootste kunstenaarskolonie van West-Amerika) naar hotel La Fonda Inn aan de Plaza. Deze herberg lag ooit op het eindpunt van Santa Fe Trail voor postkoetsen tussen Missouri en New Mexico en ziet er binnen prachtig uit.

JW laat Fen met een gerust hart achter bij de vele shops in het hotel. Zo kan hij zelf internetten op de Plaza. Na nog een laatste rondje schuift Fen zonder cowboylaarzen of tas bij het ontbijt aan. De laarzen in Fortworth waren toch nog steeds het leukst.

Om 11 uur checken we uit en rijden de 25 South naar Albuquerque. Onze reisgenoot op iPhone noemt dat steevast Albekerk, gelukkig weten wij zo langzamerhand wat wij aan hem hebben. In de Old Town aan Central Avenue, vroeger onderdeel van Route 66, lopen we rond en kopen wat nuttige cadeaus. Buiten Albuquerque komen we weer op Interstate 40 West terecht. Een groot deel van Route 66 bestaat namelijk niet meer en is nu snelweg.

Via plaatsjes als Laguna, Casa Blanca, Milan, Grants, San Rafael en Blue Water Village (het Hiawatha-gehalte stijgt met de kilometer) komen we 200 kilometer verder uit in Gallup. Dit heet ook wel de slaapstad, omdat iedereen er altijd op doortocht is. Een late lunch doen we bij het famous hotel El Rancho. Hier sliepen veel beroemdheden van het witte doek (het was ook decor voor menige westernfilm) en die hangen ook allemaal aan de muur. Van James Stewart tot Kirk Douglas en Jane Fonda tot William Holden.

We vervolgen onze weg met Will & The People. Die leven nog en maken lekkere muziek. Een half uur later zijn we in Window Rock. Een echte indianenvriend kan niet om deze legendarische plek heen. In de Quality Inn leidt men indiaanse koks op, wat de service ten goede komt (aldus onze reisgids). We zullen het zien!

De teller van onze Mustang staat na 21 dagen op 3.763 mijl, zo’n 6.000 kilometer! Dat klinkt vermoeiend, maar met het glas halfvol is dit maar 300 kilometer per dag. Morgen reizen we door naar de Grand Canyon: daar waren we vorig jaar ook en het is ons lijntje met de rondrit door de 5 westelijke staten toen!

Trackback van jouw site.

Laat een reactie achter

Blijf op de hoogte

Vul hier je naam en e-mailadres in.
Je krijgt dan een mailtje als we nieuws hebben!

Loading